Methoden voor fysiotherapeutische behandeling

Fysiotherapeuten hebben een grote gereedschapskist vol methoden, toepassingen en maatregelen tot hun beschikking. De behandeling is ofwel gebaseerd op een complex totaalconcept, of combineert verschillende procedures met elkaar. Oosterse technieken zoals yoga, qigong of tai chi worden steeds vaker in de behandeling opgenomen. Bekende methoden zijn onder andere:

Fysiotherapie volgens Bobath: De Bobath methode wordt vaak toegepast na een beroerte met verlamming. Tijdens de therapie leren de patiënten bewegingsreeksen, trainen ze hun evenwicht en lichaamsbewustzijn. Maar ook alledaagse vaardigheden worden geoefend, bijvoorbeeld zelfstandig eten en zich wassen met een verlamde kant van het lichaam. Verder wordt Bobath therapie vaak met succes toegepast bij kinderen met ontwikkelingsachterstanden en neurologische ziekten.

Tip: Kijk voor goede fysiotherapie eens bij smc amsterdam / physical therapy amsterdam.

Fysiotherapie volgens Vojta: Bij deze methode oefent de therapeut druk uit op strikt omschreven zones op de benen, armen en romp. Het lichaam reageert met reflexen en bewegingspatronen.

Proprioceptieve Neuromusculaire Facilitatie (PNF): De PNF methode wordt vaak gebruikt als natuurlijke bewegingspatronen verstoord zijn. Het doel is de wisselwerking tussen spieren en zenuwen te verbeteren, bijvoorbeeld door gerichte aanraking en bepaalde bewegingspatronen.

Manuele therapie: De therapeut gebruikt zijn of haar handen om pijnlijke spanningen op te sporen en probeert gewrichtsblokkades te verlichten door gerichte handbewegingen en -technieken.

Manuele lymfedrainage: De therapeut masseert gezwollen weefsel, bijvoorbeeld in de armen of benen, met strijkende handbewegingen en gerichte druk. De bedoeling is de afvoer van gestagneerde vloeistof uit de lymfekanalen te stimuleren.

Individuele opleiding en actieve samenwerking
Een eerste vereiste voor fysiotherapeutische behandeling is altijd een diagnose door je arts. Hij of zij zal je een verwijzing geven voor fysiotherapie. Maar de fysiotherapeut krijgt ook een precies beeld van je situatie: hij of zij vraagt naar klachten en beperkingen in het dagelijks leven, controleert je mobiliteit en test je fysieke prestaties. Op basis hiervan stelt hij of zij een trainingsplan op dat individueel is afgestemd op je klachten en je mogelijkheden.

Tijdens de behandeling train je onder andere mobiliteit, coördinatie, kracht en uithoudingsvermogen. Het effect van fysiotherapeutische maatregelen is gebaseerd op de anatomische structuren van het lichaam, bijvoorbeeld de spieren. Op deze manier werkt de therapie in op het bewegingsapparaat, het zenuwstelsel of de inwendige organen.

De oefeningen die de therapeut je voordoet werken het best als ze regelmatig herhaald worden. Het trainingsplan wordt daarom meestal aangepast aan je dagelijkse leven, zodat je de oefeningen gemakkelijk thuis kunt doen of zelfs tijdens je lunchpauze op kantoor.